Sven Hermann 17.11.98
Opstel
Elk generatie is eens „de nieuwe generatie“ geweest. Het is voor een jonge mens als mij niet gemakkelijk, zulke kenmerken van de nieuwe generatie ten toon te stellen, die anders zijn dan die van verleden nieuwe generaties.
Er zijn bepaalde dingen, die elk jonge generatie anders doet, dan de generatie van hun ouders. Daarbij hoort bijvoorbeeld aan de ene kant, dat veel jonge mensen van opvat zijn, dat ze de hele wereld kunnen veranderen. Aan de andere kant zijn zij niet gewend verantwoordelijkheid op zich te trekken. Zij willen een hele boel zaken veranderen, ook omdat ze gevoeliger zijn voor recht en onrecht of voor misstanden in de maatschappij. Doordat zij proberen alles in de wereld te begrijpen, stoeten zij met hun nieuwe ideeën tegen paradoxe zaken aan, zoals discriminatie van minderheden, oneerlijk en onverantwoordelijk politiek, honger en armoede in veel gebieden op de wereld en een heel hop zaken meer. Deze zaken zijn voor ouderen bijna gewoon geworden en zij hebben op een bepaalde manier ervoor gecapituleerd.
Mijns inziens is elk nieuwe generatie liberaler, in het denken onafhankelijker, radicaler, voller van energie en minder conservatief dan hun ouderen generatie het op die tijd is. Dus is het volgens mij een resultaat van de tegenwoordige omstandigheden en veranderingen in onze tijd, dat de jeugd anders blijkt te zijn dan de ouderen in hun jeugd. De tijd verandert veel vlugger dan de mensen. Ik kom dus naar de conclusie, dat er geen nieuwe generatie, maar alleen een nieuwe tijd is, waarover te schrijven hier geen plaats meer vindt.